Flexmigranten vaste waarde op de arbeidsmarkt

Flexmigranten vormen een steeds belangrijker onderdeel van de Nederlandse arbeidsmarkt. Ze blijven gemiddeld langer in Nederland en gaan minder vaak naar huis. Dat blijkt uit het onderzoek Flexmigranten in Nederland, uitgevoerd door Conclusr Research, in opdracht van de ABU en NBBU. Het onderzoek is uitgevoerd om meer inzicht te krijgen in de groep buitenlandse uitzendkrachten die in Nederland actief is.

Flexmigranten blijven langer
De conclusie van de brancheorganisaties is dat de cijfers laten zien dat arbeidsmigranten duurzaam verbonden raken aan de Nederlandse samenleving. Ze blijven gemiddeld langer in Nederland en gaan minder vaak naar huis. Een op de vijf (19%) blijft tussen de 27 en 52 weken in Nederland (2014: 15%). En in 2014 was nog maar 5% van de flexmigranten langer dan één jaar onafgebroken in Nederland, dat aantal is verdubbeld tot 11% van de flexmigranten.

Waar werken flexmigrantenGespecialiseerde uitzenders
Van de uitzendbureaus die flexmigranten ter beschikking stellen bestaat iets meer dan de helft (53,8%) van hun totale uitzendbestand uit arbeidsmigranten. Bij bijna een kwart van de leden maken de flexmigranten zelfs meer dan 90% van hun totale uitzendbestand uit. Dit zijn leden die met name gespecialiseerd zijn in het uitzenden van flexmigranten. Bij ruim een kwart van de leden (27%) is maximaal 10% van hun uitzendbestand flexmigrant.

Taalopleiding
Iets meer dan de helft (53%) van de ABU- en NBBU-leden biedt de flexmigranten een Nederlandse taalopleiding aan. Bij bedrijven die een Nederlandse taalopleiding aanbieden, heeft ongeveer 52% van de flexmigranten de opleiding daadwerkelijk gedaan.

7 opvallende cijfers uit het onderzoek:

  • In totaal zijn er 119.598 flexmigranten door ABU- en NBBU-leden ter beschikking gesteld tussen 1 juni 2015 en 1 juni 2016. Gemiddeld zijn er 399 flexmigranten per uitzendbureau bemiddeld.
  • De verwachte groei van flexmigranten tussen 1 juni 2016 en 1 juni 2017 is +0,6%
  • De meeste flexmigranten zijn in 2016 nog steeds van Poolse komaf, al wordt hun aandeel minder groot (2016: 79%; 2014: 87%). Op afstand volgen flexmigranten met andere nationaliteiten, in volgorde van aandeel: Roemenië, Duitsland, Hongarije, Litouwen (samen 12,6%).
  • Het lijkt erop dat er minder aanwas vanuit de onderzijde van de leeftijdspiramide plaatsvindt: de flexmigrant is gemiddeld wat ouder dan in de meting in 2014. De meeste flexmigranten zijn nog steeds tussen 18 en 30 jaar oud, maar hun aandeel is van 65% in 2014 afgenomen naar 60% in 2016. Bovendien zijn er meer oudere flexmigranten.
  • De sectoren waarin de meeste flexmigranten werkzaam zijn, zijn de logistieke sector (32%), de land- en tuinbouw (samen 25%) en de voedingsindustrie (18%). Noord-Limburg, Noord-Holland-Noord en Noordoost Brabant zijn de regio’s met de meeste flexmigranten. De meeste flexmigranten werken als productiepersoneel, gevolgd door agrarisch personeel en technisch-/bouwpersoneel.
  • Flexmigranten zijn gemiddeld 44 weken in dienst. 73% van de flexmigranten zit in uitzendfase A / 1 of 2; 22% zit in fase B / 3 en 5% zit in Fase C / 4
  • In totaal wordt 70% van de flexmigranten bemiddeld in huisvesting. Dit wordt met name door inhuur via een woonbemiddelaar gedaan (83%).

Het rapport Flexmigranten in Nederland is te downloaden via de site van de ABU.

Bron: ABU

 

top